Jaaroverzicht Bacteriologisch melkonderzoek

22,9% van de ingeleverde monsters zijn negatief. Dit is vaak een teleurstelling, en vaak ook een reden om niet opnieuw melkmonsters te nemen. Een negatieve uitslag geeft echter wél veel informatie. Ten eerste weet je dat alle makkelijk te kweken bacteriën, zoals streptokokken, zeer waarschijnlijk niet de oorzaak zijn. Bij een recent behandelde koe kan het betekenen dat de verwekker al is geëlimineerd door aanwezige antibiotica residuen. Ook zijn E. coli en S. aureus beide verwekkers die lastig te kweken zijn doordat ze vaak al snel uit de uier zijn verdwenen (E. coli) of ingekapseld kunnen zitten in de uierwand (S. aureus). Vandaar dat we bij een negatieve uitslag er vaak van uitgaan dat een milde mastitis of hoogcelgetal wordt veroorzaakt door S. aureus, en een ernstige mastitis door een E. coli.

In enkele gevallen kan de reden zijn dat de mastitis veroorzaakt wordt door een bacterie die wij niet kunnen aantonen, zoals Mycoplasma. Bij een verdenking hiervan sturen wij het monster naar een speciaal laboratorium.

In onderstaand diagram is te zien dat de meest aangetoonde verwekker de S. uberis is, gevolgd door E. coli en niet-aureus Staphylococcen. 7,6% van de monsters is mengflora, dit betekend dat er in het monster drie of meer verschillende bacteriën gevonden zijn. Omdat er maximaal twee bacteriën tegelijkertijd verantwoordelijk kunnen zijn voor mastitis, wordt op dat moment aangenomen dat het monster is gecontamineerd door vuil van buitenaf. Deze monsters worden gezien als niet representatief. Heeft u vaak een gecontamineerd melkmonster? Neem dan contact op met uw dierenarts om de manier van monsternemen eens door te spreken.

Het is erg belangrijk dat u als bedrijf met enige regelmaat melkmonsters neemt voor onderzoek. Op deze manier weet u welke mastitis kiemen er een rol spelen op uw bedrijf, alsmede hun antibiotica gevoeligheid. Ons advies is om van elke mastitis koe een melkmonster te nemen en deze in de vriezer te doen. Op het moment dat de koe dan niet goed opknapt, kunt u dit monster nog insturen naar de praktijk. Ook kunt u zo een aantal monsters verzamelen en deze tegelijkertijd inleveren.

Daarnaast wordt de druk op het antibiotica gebruik steeds groter. Wanneer u voornamelijk ernstige mastitis heeft, en dus vrijwel alleen behandeld met 2^e keus injectoren als Avuloxil, Albiotic en Ubrolexin, moet u dit kunnen onderbouwen met melkmonsters. Zonder onderbouwing bent u feitelijk genoodzaakt alleen met 1^e keus injectoren als Orbenin Lactation en Ubropen te behandelen.

Meten is weten: neem regelmatig een melkmonsters!